In het vervaardigen van deze spraakleer hebben wij de beste Nederlandsche schrijvers geraadpleegd, en onze denkbeelden op hunne leerstelsels zoveel mogelijk gestaafd. Wij bedoelen hier de taal- en letterkundige gewrochten van Huydecoper, Ten Kate, Beijer, Bilderdijk, Weiland, de Vries, Te Winkel, de Jager, Brill, David, Heremans, Van Beers, Stallaert, enz. (I)
Wij laten hier den brief volgen, waardoor M. Kervyn de Lettenhove, oudminister van Binnenlandse Zaken, ons bericht gaf dat de Beknopte spraakleer ten gebruike werd toegelaten in de gestichten van middelbaar onderwijs, aan de wet van 1en juni 1850 onderworpen (...) (I)