Den heere A. D. Wouters, kantonnalen schoolopziener van het 4de ressort der provincie Braband, wordt dit werk als een geringe blyk onzer byzondere hoogachting opgedragen (I)
Men aenzie deze stukjes niet als oorspronkelyk door my opgesteld; allen, uitgenomen Minette of wat men in een verfranscht pensionnaet zoo al leert, zyn uit het Fransch vertaeld (I)